Jennifer Wichers: vol vraagtekens op jacht naar goud
In 2013 werd Jennifer Wichers Nederlands kampioene judo. Vandaag doet de in Burgum geboren judoka opnieuw een gooi naar de nationale titel. In Topsportcentrum Almere behoort ze tot de absolute topfavorieten in de gewichtsklasse tot 63 kilogram.
Of we bij Het Concerthuis kunnen afspreken, want in dat koffietentje zit het fijn en serveren ze ‒ niet geheel onbelangrijk ‒ lekkere koffie. Ze kan het weten, want inmiddels woont Wichers al bijna tien jaar in hartje Groningen. Op haar vijftiende verliet ze haar ouderlijk huis in Burgum, om zich volledig op haar sportcarrière te kunnen storten. Het maakte haar al vroeg volwassen. Momenteel traint ze acht tot twaalf keer per week, anderhalf tot twee uur lang. Op een van haar vrije ochtenden bestelt ze een cappuccino en spreekt ze openhartig over de onrust binnen in de nationale judowereld, haar Olympische droom en de NK judo.
Nationaal trainingscentrum
Om het niveau omhoog te krikken, heeft de Judo Bond Nederland (JBN) besloten om alle topjudoka’s in één nationaal trainingscentrum in Papendal onder te brengen. Nu oefenen de beste judoka’s nog op verschillende locaties door het land, maar de bond kiest dus voor één centrale plek waar ze niet alleen moeten trainen, maar ook leven. ,,Ik ben echt verbaasd dat ze voor die opzet kiezen”, zegt Wichers. ,,Zo’n eenzijdige cultuur past niet bij mij. Ik heb hier in Groningen alles zo geregeld, zoals ik het wil. Mijn eigen weg waarbij ik mij prettig voel. Samenwerken met mijn eigen trainer en wonen in de buurt van mijn vrienden en familie. Alleen dan kan ik optimaal presteren.”
,,Ik heb de passie, de drive, het niveau, de wil en de kracht, het enige dat ik nog mis is een startblok.”
Een overstap naar Papendal zou haar leven rigoureus op de kop zetten. ,,Alles wat ik hier heb opgebouwd zou ik moeten achterlaten, ook mijn werk”, vertelt Wichers. Nadat ze in juli de studie Sport, Gezondheid en Management aan de Hanzehogeschool afrondde, trad ze bij de onderwijsinstelling in dienst. Daarnaast is ze een dag in de week voor basketbalclub Donar aan de slag en is ze druk met haar eigen onderneming, waarbij ze kijkt naar de toepasbaarheid van judo in ondernemerschap. ,,Dat wil en kan ik allemaal niet zomaar opzeggen. Bovendien is wonen op dat trainingscentrum ontzettend duur. Iedere judoka moet die kosten zelf zien op te hoesten. Ik heb geen geldboom in mijn tuin staan, ik zal toch echt moeten werken voor mijn geld.”
Wichers weet nog niet hoe haar toekomst er als judoka uitziet. Ze heeft meerdere oplossingen bedacht en aangedragen aan Henry Bonnes, directeur topsport van de JBN. ,,Samen tot een oplossing komen, waar we ons beiden in kunnen vinden is wat ik wil”, ligt Wichers toe. ,,Het beste voor mezelf én voor de sport. Ik ben toe aan duidelijkheid, ik wil weten hoe mijn toekomst er uitziet. Ik sta in de startblokken om mijn doelen te realiseren. Ik heb de passie, de drive, het niveau, de wil en de kracht, het enige dat ik nog mis is een startblok.”
Binnenkort gaat Wichers met Bonnes verder in gesprek. ,,Het is jammer dat de bond in eerste instantie zo aan vasthoudt aan hun eigen visie. In principe willen ze geen uitzonderingen maken, maar ik hoop dat ik ze nog op andere gedachten kan brengen. Ik ben ervan overtuigd dat er meerdere wegen zijn die naar Rome leiden.”
Olympische droom
Met Rome bedoelt ze eigenlijk Tokyo, waar over vier jaar de Olympische Spelen worden georganiseerd. Goud op de Spelen is haar ultieme doel. Olympisch kampioene, antwoordde ze als jong tienermeisje op de vraag wat ze later wilde worden. In de Japanse hoofdstad moet ze haar droom zien te verwezenlijken, want naar Rio de Janeiro mocht ze niet.
Ruim voor de Olympische Spelen in de Braziliaanse badplaats, wist Wichers al dat ze er niet aan deel mocht nemen. Een e-mail, afkomstig van de judobond, bracht haar destijds op de hoogte van die beslissing. ,,Daarin stond dat ze voor Anicka van Emden kozen. Geen aantoonbare argumenten, maar gewoon een keuze op basis van … Ja, op basis waarvan eigenlijk?”, vraagt ze zich hardop af. ,,Geen transparante kwalificatie-eisen die zwart op wit staan, maar een beslissing van de technische staf. Ik had het er maar mee te doen.”
Op tv zag ze de Sloveense Tina Trstenjak in Rio de Janeiro Olympisch kampioene worden. ,,Ik gunde het haar, maar anderhalf jaar geleden versloeg ik haar nog”, denkt Wichers terug aan die overwinning op de huidige Olympisch kampioene. Die rechtvaardigt haar droom. ,,Niet dat het voor mij iets geldig maakt, maar het geeft wel aan dat ik het gevraagde niveau kan behalen.”
Nederlandse kampioenschappen
De Spelen in Tokyo zijn pas over vier jaar. Vandaag staan eerst de NK judo op het programma. ,,Goud”, laat Wichers over haar doelstelling voor vandaag geen misverstand bestaan. Ze verschijnt niet in haar allerbeste vorm op de judomat. Een gebroken vinger, opgelopen tijdens een wereldbekerwedstrijd in het Poolse Warschau eind februari, ligt daaraan ten grondslag. ,,Een nare breuk en op meerdere plaatsen gebroken”, zegt ze, terwijl ze de bewuste vinger in de lucht steekt. ,,Daardoor kon ik pas begin september mijn judopak weer aantrekken en voluit trainen.”
De korte voorbereiding is voor Wichers allesbehalve een excuus om zich vooraf in te dekken. ,,Nee, ik kan de vinger volledig belasten en ga vol voor de winst.” Ze weet in ieder geval hoe het moet. In 2013 ging haar arm de lucht in en werd ze Nederlands kampioene. Vorig jaar moest ze na een spannende finale uiteindelijk buigen voor Juul Franssen.
Wichers neemt de laatste slok van haar cappuccino en zegt veel zin te hebben in de NK. ,,Hoewel het vreemd klinkt, is het voor mij een thuiswedstrijd. We werken de meeste wedstrijden namelijk af in het buitenland. Er zullen daarom ook veel vrienden, familieleden en andere bekenden op de tribunes zitten. Een extra stimulans voor mij om vandaag te knallen.”